Financiën
Wat mag het kosten?
Baten, lasten en mutaties reserves
bedragen x € 1.000 | |||||||
7.3 - Wmo | Realisatie 2019 | Begroting 2020 | Begroting 2021 | Raming 2022 | Raming 2023 | Raming 2024 | |
---|---|---|---|---|---|---|---|
Lasten | 9.086 | 9.412 | 10.100 | 10.296 | 10.403 | 10.593 | |
Baten | 441 | 431 | 440 | 467 | 453 | 460 | |
Saldo baten en lasten | 8.645 | 8.981 | 9.661 | 9.829 | 9.949 | 10.133 | |
Stortingen in de reserves | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | |
Bijdragen uit de reserves | 80 | 81 | 0 | 0 | 0 | 0 | |
Resultaat | 8.565 | 8.900 | 9.661 | 9.829 | 9.949 | 10.133 |
Welke verschillen zijn er ten opzichte van voorgaand jaar?
In het resultaatgebied 7.3 Wmo zijn de lasten € 688.000 hoger.
De belangrijkste verschillen:
- Hogere toegerekende loonkosten (€ 186.000 nadelig). Dit betreft een verschuiving tussen de verschillende programma's. De totale loonkosten zijn toegelicht in de paragraaf 'Bedrijfsvoering'.
- Hoger budget voor huishoudelijke ondersteuning (€ 373.000 nadelig). Dit wordt enerzijds veroorzaakt door aanzuigende werking van het abonnementstarief en anderzijds door de plicht van overheden om aanbieders reële tarieven te bieden.
- Hoger budget voor schuldhulpverlening in 2021 ( € 85.000 nadelig) als gevolg van de ontwikkelingen door COVID-19.
In het resultaatgebied 7.3 Wmo zijn geen noemenswaardige verschillen in de baten.
Vanaf het begrotingsjaar 2021 zijn alle mutaties in de reserves in het taakveld 'Mutaties reserves' opgenomen en verwerkt in het programma 'algemene dekkingsmiddelen'. Daardoor is een vergelijking met 2020 per programma niet mogelijk. In de bijlage Overzicht reserves en voorzieningen is per reserve/voorziening te herleiden welk bedrag onttrokken/toegevoegd wordt.